Vrijdag 25 september, vanwege de regen gaan we een dag eerder weg van Mull

In de ochtend regent het alweer of nog steeds maar tegen 10 uur knapt het wat op en laden we de auto in en vertrekken een dag eerder dan gepland. We gaan een andere route nemen dan op de heenweg, namelijk met de ferry van Fishnish naar Lochaline en dan over het schiereiland Morvern naar het noorden. Als we bij Fishnish aankomen zien we net de ferry vertrekken dus we moeten een tijdje wachten tot hij terug is. Ook hier is alleen een kade en een soort informatiekiosk waar we gelukkig ook koffie kunnen krijgen.

De boot brengt ons binnen een kwartier naar Lochaline, van oudsher een belangrijke havenplaats, ook voor de Vikingen. En dan volgt de prachtige, maar trage route over het Morvern schiereiland dat iets kleiner is dan Mull (650km²) maar volgens de Wikipedia maar 320 inwoners heeft. Dat is wel heel erg uitgestorven. De smalle weg loopt al kronkelend tussen de heuvels door maar helaas gaat het weer regenen zodat we geen mooie foto's kunnen maken. Maar hoe verder we naar het oosten komen, des te blauwer wordt de lucht.

Na een mooie tocht waar we ook nog een stukje door het Loch Lomond en Trossach natuurgebied heen rijden, stoppen we bij een picknickplaats in St. Fillians bij Loch Earn. Hier schijnt de zon en drinken we een kop koffie langs het water. Maar wel met een dikke jas aan. Daarna rijden we naar Crieff, een stadje waar we wel eens doorheen hebben gereden maar nog nooit echt zijn gestopt. Daarom parkeren we nu in het centrum en maken een wandeling.

Crieff was de plaats waar de Hooglanders eeuwenlang vanuit het noorden kwamen om hun zwarte vee te verhandelen, dat erg in trek was bij de zuiderburen. De veemarkt werd jaarlijk vanaf 29 september gehouden, de feestdag van de aartsengel Michaël, en werd de October Tryst genoemd. Zelfs vanaf de Buiten-Hebriden, een hele tocht met vee in die tijd, kwamen de handelaars hierheen. Uiteraard trok zo'n markt ook heel wat boeven aan en misdaden werden meteen en streng bestraft met ophanging aan een boom en later houten galgen. De resten daarvan kun je nog in het museum van Perth zien.
Nu is Crieff een gemoedelijk stadje waar de toeristen vooral op de Glenturret distileerderij (The Famous Grouse Experience) afkomen. In de 19e eeuw bouwden veel rijke zakenlui uit Edinburgh hier een tweede huis waardoor er ook nu nog veel villa's en herenhuizen uit die tijd te zien zijn.

In februari 1746 hield Charles Edward Stuart, ook wel Bonnie Prince Charlie genoemd, in de Drummond Arms Inn op het Jamesplein zijn laatste oorlogsoverleg voordat hij 2 maanden later verpletterend verslagen werd bij Culloden. De geschiedenis van deze pretendent op de troon van Schotland en Engeland is een lang verhaal waar we elders al eens over verteld hebben dus dat zullen we hier maar niet herhalen. De Schotse samenleving was in ieder geval in die tijd volledig verdeeld in voor- en tegenstanders en de strijd wordt nog steeds levendig herdacht met talloze monumenten.

Na onze wandeling door Crieff rijden we via Perth, waar we ook nog een paar leuke gebouwtjes zien, door naar Dundee waar we een Premier Inn hebben geboekt voor 1 nacht, een eenvoudig en niet al te duur hotel. Het weer is hier een stuk beter dan aan de westkust en we hebben zo een mooie extra tocht gemaakt. Morgen gaan we terug naar Beauly met zoveel mogelijk omwegen om maar weer nieuwe plekken te ontdekken.
