Woensdag 23 september, we doorkruisen heel Mull
Het heeft weer de hele nacht geregend en ook 's ochtends wil het maar niet droog worden. Het wordt wel iets beter en miezert alleen nog maar wanneer we tegen 10 uur op pad gaan.
Het nadeel van een eiland met maar een beperkt aantal wegen is dat je heel vaak dezelfde moet rijden om ergens te komen, er is niet veel afwisseling mogelijk. Vandaag rijden we minstens 75% van het hele wegennetwerk op Mull, zie het kaartje. Maar het maakt het voor mij wel overzichtelijk om weggetjes af te strepen op de kaart. We rijden eerst weer half om Loch Scridain heen waar de nevels nog steeds dicht boven het water liggen. Het is buiten vochtig en kil.
Halverwege de noordkant van Loch Scridain gaat de weg het binnenland in, om het voorgebergte van Ben More heen, de hoogste berg van Mull met de top op 966 meter. Vanuit de bergen lopen overal stroompjes naar beneden, vaak met kleine stroomversnellingen en de hellingen zijn helemaal doorweekt door het vele vocht. Een grotere waterval is de Allt Chreaga Dubha, zoals de rivier heet waar de waterval deel van uitmaakt. Later in het jaar zal de waterval vast nog veel meer water te verwerken krijgen. Ik heb iets met watervallen, het fascineert me hoe het water maar door blijft stromen alsof het uit een oneindige bron komt.
De berghellingen zijn soms ontzettend steil en op een dag als vandaag verdwijnen ze plotseling in de wolken zodat je geen idee hebt hoe hoog ze werkelijk zijn. Het gebied tussen Loch Scridain en Loch Na Keal is behoorlijk uitgestorven, er zijn een paar gehuchten en verder rijdt je over de smalle weg die soms door bossen omgevn wordt en dan weer weidse uitzichten biedt.
Ook al is het fris, we willen er toch even uit en bij Loch Na Keal stoppen we bij een strand om schelpen en stenen te zoeken. Ook kijken we uit naar otters, die zouden hier veel moeten zitten maar we krijgen ze niet te zien.
Ook al is het fris, we willen er toch even uit en bij Loch Na Keal stoppen we bij een strand om schelpen en stenen te zoeken. Ook kijken we uit naar otters, die zouden hier veel moeten zitten maar we krijgen ze niet te zien.
Bij het dorp Calgary aan de Calgary baai zien we een boot met erop Calgary Art In Nature. Het is een project dat in 1999 is gestart om kunst van natuurlijke materialen in het landschap te zetten. De bedoeling is om meer besef te creëren voor het feit dat alles wat op het land groeit tegenwoordig ook grotendeels kunstmatig is doordat de mens erop ingrijpt, bijvoorbeeld door het kappen of juist opnieuw planten van bossen. De natuur is een samenwerking geworden van mens en natuur. Of zou dat in ieder geval moeten zijn want de mens is ook aardig in staat tot destructief gedrag zonder aan de gevolgen te denken.
We rijden nu een iets andere weg naar het uiterste noorden dan een paar dagen geleden en in de buurt van het dorpje Dervaig wil ik nu wel naar de Kilmore standing stones maar op de parkeerplaats blijkt al dat de wandeling niet te doen is tenzij we laarzen aandoen en die hebben we uiteraard niet bij ons. Het pad en het land eromheen is helemaal doorweekt van de vele regen. In plaats daarvan zoeken we maar een plek in het dorp waar we koffie kunnen drinken.
Door de beperkte hoeveelheid wegen ontkomen we er niet aan ook weer langs Tobermory te komen, de kleurige hoofdstad van het eiland Mull. Het stadje (eigenlijk een groot dorp) is in 2 lagen gebouwd: de kleurrijke huizen langs de waterkant en op de heuvels erachter de buitenwijken. De lucht klaart wat op, er verschijnen blauwe plekken tussen de wolken en dus wandelen we nog even door het dorp waar maar weinig mensen buiten zijn. We bezoeken nog vene het kleine maar grappige aquarium waar je de lokale zeedieren kan aanraken. Om de paar weken worden de dieren weer in zee uitgezet en een nieuwe verzameling gevangen.
Vanuit Tobermory nemen we de A828 naar het zuiden en als ik zijwegen zie dan ga ik die in. In de buurt van het dorp Salen aan de Salen baai zien we de resten van Aros kasteel, maar veel meer dan een overwoekerde muur is er niet van over. Maar ooit was het een belangrijk kasteel om de Sound of Mull in de gaten te houden en het eiland te verdedigen. Je mag vrijelijk door de ruïne wandelen maar wel op eigen risico. De grond is hier echter ook flink doorweekt en wij houden het bij wat foto's op afstand.
Wanneer we rustig weer aan de terugweg beginnen, betrekt de lucht en het wolkendek wordt steeds dichter. We kunnen kiezen uit 2 wegen en besluiten het rondje vol te maken door via Craignure over de A849. Een A-weg klinkt heel wat, maar alleen tot aan Craignure is het tweebaans, daarna wordt het een single track road met passeerplekken. En hoe dichter we bij huis komen, des te donkerder wordt de lucht en het duurt niet lang voor de regen weer begint te vallen. We hebben nog geluk gehad dat het een groot deel van onze tocht droog is gebleven.
Dan blijft er niets anders over dan ons in de serre te nestelen en lekker te ontspannen. Veel meer kun je met dit weer niet doen.