Zaterdag 19 september, via Oban gaan we naar Mull
We blijven nog de hele ochtend in Beauly plakken want we hoeven pas om half 4 in Oban te zijn waar we de ferry naar Mull nemen. Zoals altijd is het erg gezellig en vinden Iain en Cathy het maar niks dat we weer weg gaan. Maar over een week komen we alweer terug dus dat maakt het iets minder erg.
Tussen Spean Bridge en Fort William rijden we langs het Nevis gebergte, met de Ben Nevis als hoogste punt van Groot Brittanië, en de bergtoppen zijn allemaal door wolken omgeven. Iets verderop, in Fort William houden we onze eerste stop: vroeger kocht ik hier altijd een paar t-shirts met leuke teksten maar helaas bestaat die winkel niet meer. Maar er is wel een terrasje waar we even koffie drinken en we vinden een paar leuke souvenirs voor de kinderen en kleinkinderen.
Daarna rijden we langs de oevers van het langgerekte loch Linnhe verder naar het zuiden tot we in Oban zijn, een drukke havenplaats. Langs de zee staan allemaal statige herenhuizen en op de boulevard lopen heel wat mensen rond, vooral reizigers die een van de vele ferries nemen die vanuit Oban vertrekken naar de Hebriden en andere eilanden. Er zijn heel wat bestemmingen en het zijn allemaal eilanden. Wij gaan naar de dichtsbijzijnde, Mull, maar je kunt ook naar Barra, 1 van de buiten Hebriden, een boottocht van bijna 5 uur.
Wij hebben nog wat tijd over en, na een wandeling door het dorp, vergapen we ons aan het uitschepen van de ferries. De voorkant komt als een stel kaken van elkaar als een boot de haven nadert en eenmaal aangemeerd lijken de auto's door de open bek naar buiten te rijden.
Tegen kwart voor 4 kunnen wij dan eindelik de boot op rijden en we installeren ons eerst op het buitendek om de omgeving te kunnen bekijken. Het is niet heel erg koud en er staat weinig wind.
Tegen kwart voor 4 kunnen wij dan eindelik de boot op rijden en we installeren ons eerst op het buitendek om de omgeving te kunnen bekijken. Het is niet heel erg koud en er staat weinig wind.
We zitten weliswaar op zee maar overal zijn eilanden, zoals het vrijwel onbewoonde eiland Kerrera vlak voor Oban. En niet veel later varen we al voor de kust van Mull waar we van afstand het kasteel Duart zien staan, een van de plaatsen waar we komende week zeker langs gaan. We zijn nog nooit eerder op Mull geweest dus alles is nieuw voor ons.
Om kwart voor 5, precies op tijd, leggen we aan in Craignure op Mull en rijden het binnenland in.
Om kwart voor 5, precies op tijd, leggen we aan in Craignure op Mull en rijden het binnenland in.
Er hangt een dikke wolkenlaag vlak boven het eiland en we hebben al gehoord dat de weersberichten niet heel erg goed zijn. Hopelijk krijgen we niet hetzelfde als jaren geleden op Arran toen we bijna de hele week regen hadden en het eiland niet af konden. Maar aan het weer kunnen we toch niet zoveel doen.
We stoppen af en toe voor een foto maar rijden wel meteen in de richting van het huisje dat we gehuurd hebben, helemaal in het zuidwesten van het eiland dat, na Skye, het grootste binnen-Hebride eiland is.
We stoppen af en toe voor een foto maar rijden wel meteen in de richting van het huisje dat we gehuurd hebben, helemaal in het zuidwesten van het eiland dat, na Skye, het grootste binnen-Hebride eiland is.
Langs loch Scridain volgen we de weg richting Bunessan en gelukkig hebben we een goede routebeschrijving naar het huis want dat ligt nogal afgelegen en er staan geen bordjes heen. Langs het smalle zijweggetje staan een paar huisjes en als we een felrode telefooncel zien, weten we dat we op de juiste plek zijn. Een grindpad leidt naar het huis dat 100 meter het land in ligt. En wat is het groot! We wisten dat het voor 6 personen is maar dit is wel heel groot voor ons!
Rond het huis is een groot grasveld en het terrein is afgerasterd door een hek om de schapen van het terrein af te houden. Er huppelen wat konijntjes rond en we hebben een weids uitzicht alle kanten op. Eerst verkennen we het huis van binnen maar eens en kiezen een slaapkamer uit die ons het leukste lijkt. We hebben alle keuze, er zijn er 3, twee zitkamers, een grote open keuken en, wat we het allerleukst vinden, een serre vanwaar je drie kanten uit kunt kijken.
De serre wordt ons favoriete plekje de komende week als we thuis zijn. Of de zon nu schijnt of dat het regent, dit is het heerlijkste plekje van het huis waar we het ons iedere avond gemakkelijk maken. Gelukkig is het verwarmd want dat is wel nodig als het donker wordt en het flink kouder wordt. Later op de avond begint het hard te regenen en ook dan zitten we knus in de serre terwijl de regendruppels op het dak kletteren. We missen nog net een open haard maar die staat in een woonkamer. We blijven dan toch liever hier zitten.
In google maps maak ik weer een kaartje van de route die we vandaag hebben afgelegd, dat hadden we eigenlijk bij alle reisdagen moeten doen, dan heb je toch een beter idee van de plekken waar we geweest zijn. Het is wel gemaakt aan de hand van de foto's dus als we ergens een omweg hebben genomen zonder foto's te maken, staat die er niet op.