Donderdag 12 mei, rondrijden in Angus
Na het ontbijt gaan we snel op pad. Het lijkt vandaag weer wat kouder dan de afgelopen dagen. Zelfs in de auto hebben we al regelmatig een trui aan en de jassen liggen binnen handbereik voor als we naar buiten willen om een foto te nemen.
We zitten nu in het gebied dat Angus wordt genoemd, een graafschap van Schotland met een lange geschiedenis.

In 1320 werd in de abdij van Arbroath de verklaring van Arbroath aangenomen door de Schotse edelen, met een stuk tekst erin waar men nog steeds trots op is en kan zijn:
"For, as long as but a hundred of us remain alive, never will we on any conditions be brought under English rule. It is in truth not for glory, nor riches, nor honours that we are fighting, but for freedom - for that alone, which no honest man gives up but with life itself."
Volgens sommigen is deze verklaring niet alleen de basis van de Amerikaanse grondwet maar ook van de VN verklaring voor de rechten van de mens. Dan moet je het woord English even vervangen door 'anderen'.

Op weg naar Forfar komen we langs Guthrie kasteel maar de poorten zitten dicht en we hebben eigenlijk ook wel weer even genoeg kastelen gezien. Vanuit Forfar rijden we weer naar de kust en gaan eerst naar Montrose, een klein stadje waar vroeger veel handel over zee werd gedreven. In de tijd van de Noormannen werd dit gebied echter regelmatig geplunderd door de Denen.
Nu schijnt het op 1 na grootste pharmaceutische bedrijf ter wereld er de grootste werkgever te zijn, hoewel de afdeling in Montrose bijna gesloten werd, wat een ramp betekend zou hebben voor de lokale bevolking.

Vanaf Montrose rijden we langs de kust naar het noorden en komen weer leuke dingen tegen zoals een nieuwbouwwijk in Johnshaven waar de huizen op kleine kastelen lijken met hun ronde torentjes.
En bij Gourdon zien we één van die leuke natuurlijke haventjes. De rotskust aan de oostkant van Schotland is soms erg steil en vaak moet je in zulke dorpen een steile weg naar beneden rijden om bij de haven te komen.

Het achterland tussen Montrose en Stonehaven is lichtglooiend en is vooral landbouwgrond. We rijden er verschillende weggetjes af en als we in snel tempo allerlei verschillende luchten te zien krijgen, stoppen we een paar minuten om foto's te maken. De wolken verschieten van het ene op het andere moment van donkergrijs naar spierwit en de lucht zelf verandert van donker in helderblauw.

Met 13 graden is het niet aangenaam en er staat een stevige wind. Ik ga snel weer in de auto zitten, en Teije kan nog even buiten spelen met zijn nieuwe speelgoed, een digitale spiegelreflexcamera. Persoonlijk vind ik dat ik met mijn 'gewone' digitale camera net zulke mooie foto's maak.

Terwijl we allerlei weggetjes afrijden, ook doodlopende waarbij we vaak bij een boer op het erf belanden, zien we dat we weer in de buurt van Forfar zijn gekomen, we hebben een hele lus gereden. In het plaatsje Kirriemuir lopen we wat rond, op zoek naar een pub met warme soep maar die vinden we niet. Kirriemuir is wel een leuk dorpje waar de meeste huizen van rode zandssteen zijn gemaakt dat in de buurt wordt gewonnen.

Ook hier zijn weer veel torentjes en rondingen terug te vinden in de gebouwen en dat is iets wat ik in Nederland zo mis. In het centrum, een klein pleintje, zijn een aantal gebouwen nogal opzichtig geverfd. In Nederland had een commissie dat vast en zeker verboden.

Na deze wandeling rijden we weer verder over verlaten wegen in de Angus Glens en we zien regelmatig een glimps van een kasteel of landgoed. Vooral het Cortachy kasteel is erg sprookjesachtig maar niet toegankelijk voor het publiek. Helaas zijn ook de tuinen maar heel sporadisch open, vanaf 16 mei weer, dus we zijn te vroeg.
Maar er is nog veel meer te zien in deze buurt.

In de buurt van Edzell rijden we ineens tussen twee opvallende heuvels door. Het blijken de White en Brown Catherthun te zijn, heuvels met prehistorische ruïnes. Op de ene heeft waarschijnlijk een fort gestaan, maar de muren op de Brown Catherthun vertonen zoveel ingangen dat het waarschijnlijk geen versterkte nederzetting is geweest. Misschien graasde het vee op de ene heuvel en woonde men op de andere?
Daarna rijden we richting Aberdeen waar we gas en een goedkoop hotel gaan zoeken. Maar de benzinestations met gas zijn allemaal out of order. En de hotels zijn alweer vol of te duur. Pas 35 kilometer en bijna 2 uur verder, eigenlijk terug vanwaar we gekomen zijn, vinden we in Banchory een aantal hotels. Pas bij de derde, het Stag hotel, vinden we een kamer voor 60 pond. En omdat we dit gebied ook nog niet zo goed kennen besluiten we twee nachten te blijven, dat scheelt morgen ook weer zoeken.
Het is al laat en nu gaan we eerst even uitrusten en wat lezen want het was toch wel weer een lange dag.
