Maandag 04 juni, langs de noordwestkust, Sutherland
We zijn helemaal verrast vanochtend door het lekkere weer: het is zonnig en het is 's ochtends al warmer dan de afgelopen dagen overdag.
Ik ben blij dat we vandaag niet nog meer weggetjes in Caithness hoeven te rijden, die heb ik nu wel gezien!
Ik ben blij dat we vandaag niet nog meer weggetjes in Caithness hoeven te rijden, die heb ik nu wel gezien!
We rijden nu naar het westen langs de kust, voorbij de kerncentrale naar Sutherland. Op onze eerste reis naar Schotland zijn we hier wel langs gereden, en we herinneren ons dat we het een mooi gebied vonden. Vandaag gaan we eens de tijd nemen om al die dorpjes langs de kust te verkennen, de baaien en inhammen met verborgen strandjes. We zien hier ook de plaggen gewonnen worden uit veengebied zoals dat vroeger ook in het noordoosten van Nederland gebeurde. Vroeger werden de gedroogde blokken veel gebruikt als brandstof voor de haard, nu is er een levendige handel in turfplaggen voor het gras van de vele golfbanen in Schotland.
Bij Strathy Bay krijgen we de eerste mooigelegen dorpjes langs de baai te zien. We maken deze dag heel veel foto's en het is moeilijk kiezen uit de 150 stuks die we uiteindelijk overhouden. Dit gebied bevalt me heel wat beter dan Caithness hoewel het natuurlijk ook scheelt dat het nu prachtig weer is en de afgelopen dagen stukken minder.
Er liggen heel wat dorpjes in dit gebied, maar meestal zijn het kleine kernen en liggen de meeste huizen rondom verspreid zodat het hele gebied wel bewoond lijkt ook al wonen er in totaal vrij weinig mensen. Het zal best moeilijk zijn om in zo'n gebied wat welvaart op te bouwen zeker nadat de kerncentrale uit bedrijf werd genomen.
Het zijn allemaal doodlopende wegen die we vanaf de kustweg naar de dorpjes nemen en mensen kijken vaak raar op als we echt helemaal tot aan het eind rijden en stoppen voor een foto. De bouwvakkers bij het laatste huis in Armadale snappen echt niet waarom we een foto van die netten maken, maar ze zwaaien toch heel beleefd naar ons.
We rijden van de ene naar de volgende baai en het uitzicht lijkt alleen maar mooier te worden. In zo'n gebied vind ik het helemaal niet erg om alle weggetjes te rijden en alles te bekijken. We maken heel wat stops om even de benen te strekken en gewoon langs de kant van de weg te zitten om rond te kijken.
De doorgaande weg langs de kust, de A836, loopt door een redelijk kaal gebied maar de wegen naar de baaien en dorpjes aan de kust zijn ontzettend mooi. Vlak voor de afslag naar Farr komen we nog een flinke waterval tegen die niet op de kaart staat. Vanaf de weg zie je niet zo veel maar als we er naartoe lopen zien we dat de rivier een indrukwekkende kloof in het landschap heeft gemaakt.
Ik moet zeggen dat ik het vandaag helemaal niet erg vind om alle doodlopende weggetjes af te rijden, het is hier zo mooi! Vandaag hebben we natuurlijk wel het geluk dat het mooi weer is, want in het hotel vertelde het personeel ons al dat ze het liefst naar Spanje of Portugal op vakantie gaan omdat het hier vrijwel nooit mooi weer is, misschien een dag of 15 per jaar dat het echt lekker warm is. Maar sommigen hebben hier wel hun bootje naast het huis liggen!
En van dat weer is erg jammer, want we komen prachtige stranden tegen met mooi wit zand. Mocht het hier ooit subtropisch worden dan is Schotland de nieuwe vakantiehit met haar mooie verborgen stranden. En leuke plaatsjes om stenen te zoeken, natuurlijk! Maar we laten iedereen liever in de waan dat het hier altijd regent, dan hebben we dit soort plekjes voor onszelf.
Farr Bay is echt een heerlijke plaats om te zijn: vrijwel niemand in de buurt op een enkele zeevisser na en een mooi uitzicht. We pauzeren er uitgebreid en genieten van de rust en het landschap. Ook voor surfers is dit een ideaal gebied volgens de lokale VVV, maar vandaag staat er niet veel wind en we zien niemand surfen.
Na Bettyhill gaan we naar het zuiden, en eerst nemen we de weg aan de oostkant van de rivier Naver die uiteindelijk doodloopt, maar ons eerst door een mooi gebied voert. Op een bepaald moment zien we twee dode vossen over een hek hangen en we vragen ons af wat die daar doen. Ze zijn al een poosje dood en er is niemand in de buurt. Zou het een soort waarschuwing zijn voor andere vossen? We vragen het later aan jagers maar die kunnen het ons niet vertellen.
Daarna trekken we verder langs de B871, een mooie single track road door het binnenland. Het gebied wordt steeds wat heuvelachtiger en we komen bijna niemand tegen. Af en toe stoppen we even langs een stroompje of een loch. We komen ook nog langs de plek waar vroeger Rosal lag, één van de vele plaatsen die tijdens de Clearances gewelddadig werden ontruimd. Nu zijn er langs de weg vrijwel geen sporen van bewoning meer te vinden.
Natuurlijk zijn overal passing places te vinden waar je elkaar kunt passeren op de smalle weg en langs Loch Naver zien we ineens een kale camping. Jammer dat er geen bomen staan, maar wel een heel mooi plekje!
Iets verderop zien we grote kuddes herten die schichtig hun oren omhoogsteken als wij stoppen voor een foto. We krijgen dit jaar meer wild te zien dan ooit. De afgelopen dagen moeten we wel een miljoen konijnen gezien hebben, zo vol waren de wegen ervan. En ook fazanten, die meestal in het najaar volop aanwezig zijn, zien we nu al overal langs de kant van de weg. Allemaal dieren die we in Nederland ook wel hebben, maar die we toch lang niet zo vaak te zien krijgen.
We kruisen de A836 voorbij Loch Naver en rijden verder naar het westen. De weg wordt nog smaller maar dit keer komen we 30 kilometer lang niet één enkele auto tegen. Wel watervallen en zomaar uit het niets verschijnt een broch, een versterkte toren uit de ijzertijd. Dit is Dun Dornaigil of Dornadilla, een smalle cirkelvormige toren met 1 kleine opening, waar omwoners zich konden verschuilen tegen overvallers. Je kunt je haast niet voorstellen hoe die mensen hier geleefd hebben zo'n 2000 jaar geleden!
Nu is het gebied helemaal verlaten, maar 2000 jaar geleden schijnt het klimaat veel zachter te zijn geweest en kon men hier landbouw bedrijven. Wij genieten van de rust die er heerst want op een enkele fietser na die we bij de broch tegenkomen zien we verder helemaal niemand ook al staat hier en daar een huisje.
Van alle kanten hebben we steeds zicht op de markante bergtop Ben Hope, en natuurlijk is er ook een waterval, een hele mooie! Dit is een idyllisch plekje om te zitten, zeker met dit weer. Dit is echt een gebied waar we nog eens naar toe willen, vandaag beschouwen we gewoon maar als een soort voorverkenning van de omgeving.
Nog geen 10 minuten verder rijden komen we de volgende waterval tegen. Als we een foto maken scheuren twee vrouwen in een Duitse auto voorbij, alsof ze op de Autobahn zitten. Wanneer ze ons zien fotograferen staan ze bovenop de rem, rijden achteruit en besluiten dan dat dit plekje wel de moeite waard is om even voor te stoppen. Wij weten ondertussen dat je voor Schotland gewoon de tijd moet nemen en dat je niet alles in 1 keer kunt zien. We zijn nu voor de 9e keer in Schotland, maar bijna iedere dag zien we weer iets nieuws!
Langs het langgerekte Loch Hope rijden we nu weer naar het noorden en na de Duitse dames komen we nu nog meer auto's tegen, wel 3 in het laatste kwartier! Het is druk op de weg.
Maar we zien meer herten dan mensen en dit keer moeten we voorzichtig rijden want ze kunnen geen kant op door de hekken langs de weg. Ondanks onze slakkengang raken ze toch in paniek en rennen wel een kilometer mee tussen de weg en de hekken tot ze eindelijk een opening vinden naar een bos.
Dan zijn we weer op de 'grote' weg, de A838 die van Durness naar Tongue loopt door weer een heel ander soort landschap, wat vlakker en onherbergzaam. Vlak voor de baai van Tongue nemen we eerst de weg naar de noordkust waar ook weer een paar dorpjes liggen. We hebben geen idee waar deze mensen van leven, maar helaas komen we niemand tegen om het aan te vragen.
Wel zijn er weer schitterende strandjes te zien waar helemaal niemand is, zoals bij het gehucht Strathan. Nu is het warm en zonnig, maar in de winter zal het best afzien zijn om hier te wonen, ook voor de paarden.
Daarna rijden we rond de zuidkant van de Kyle of Tongue en vervolgens weer wat weggetjes naar de noordkust. Alweer een schitterend gebied. Maar het is al redelijk laat en ik begin behoorlijk pijn in mijn rug te krijgen van het lange zitten in de auto, ook al stappen we heel vaak even uit. Dit gebied zal nog even moeten wachten tot we het weer een keer gaan verkennen.
Na een bezoekje aan Torrisdale Bay kan Teije gelukkig ook de wegen even vergeten die we nog niet gereden hebben en gaan we in één keer door naar Thurso, toch nog ruim anderhalf uur rijden. Voor 1 huisje stoppen we nog even (rechterfoto); we zijn er al een paar keer langsgekomen en het ligt er zo mooi bij, een klein huisje tussen de bomen, met een vijver. Het zou ons niet verbazen als er echte kabouters woonden!
Het is heel laat als we weer in het hotel zijn, maar de zon gaat pas tegen elven onder dus het is nog volop licht. Na al het sombere en regenachtige weer van de afgelopen dagen hebben we het vandaag wel heel erg getroffen, zulk mooi weer in zo'n mooi gebied. We willen hier zeker nog een keer terugkomen!