Dinsdag 04 september, wandelen door Split
Vannacht is de herrie op de camping nog storender dan anders, met dank aan de mensen van het Tsjechische dagblad Denik en dan vooral dat meisje met die schelle lach tot na vier uur in de ochtend. Teije heeft er weliswaar aardig doorheen geslapen, maar hij is het met me eens, we breken op en zoeken in Split vanavond wel iets anders.
Josko vraagt ons in een berichtje of we wat later kunnen afspreken, want hij is op stap geweest. Dat komt ons best goed uit want het liefst willen we de kustroute nemen die niet opschiet maar wel veel mooier is dan de snelweg. We komen langs ouderwetse vissersdorpjes zoals Marina maar ook gebieden waar ijverig nieuwbouw wordt neergezet om de toeristen maar onderdak te kunnen bieden; die komen weer in grote getale naar de Adriatische kust en met een opener Europa komen er meer dan ooit.
De zee hier schijnt één van de rijkste visgronden van Europa te zijn en op veel plekken zien we dan ook visnetten. Of eigenlijk zien we de oliedrums, boeien, banden of andere zaken die de netten bij elkaar en drijvend houden. Zeevissen voor toeristen is ook mogelijk maar daar moet je wel een vergunning voor hebben. Wij maken ons inmiddels meer druk over de donkere wolken die af en toe voorbij trekken. Het zal toch niet weer gaan regenen?
Dan hebben we ineens uitzicht op Primosten, een klein havenstadje op een schiereilandje. In de 15e eeuw is het gesticht door Bosniërs die op de vlucht waren voor de Turken. Nu is het een toeristische autoloze attractie en je moet betalen om het schiereiland op te komen. Het doet nog wel heel middeleeuws aan met de smalle straatjes, de huizen met rode dakpannen en de gezellige pleintjes waar nu vooral café's en restaurants gevestigd zijn.
Ook voor dit deel van de kust liggen ontelbare eilandjes, groot en klein en veel ervan onbewoond. We doen ruim 2 uur over de weg naar Split (nog geen uur via de snelweg), en als het licht wat beter was geweest hadden we vast meer foto's gemaakt. Nu is de hemel helder donkergrijs (bestaat die kleur?) en foto's zien er niet echt mooi uit. We zijn mooi vroeg in Split en omdat we nog geen sms van Josko hebben gehad gaan we eerst maar op zoek naar een hotel om een kamer te reserveren, er wordt regen verwacht wordt ons verteld. Dan heeft het opzetten van de tent voor 1 nacht weinig zin, want hierna willen we richting Dubrovnik. Maar alles lijkt volgeboekt of te duur, maar uiteindelijk vinden we een heel luxe appartement.Eén van de meisjes van een hotel brengt ons er samenzweerderig heen en vertelt dat we alleen contant kunnen betalen. Als Teije dan begint te onderhandelen over de prijs (€ 140) wordt er meermalen heen en weer gebeld met het andere meisje dat bij de receptie van het redelijk luxe hotel stond en uiteindelijk worden we het eens over € 100. Nog een belachelijk hoog bedrag vinden we maar we zijn al een tijdje aan het zoeken en het lijkt overal erg duur te zijn. En het appartement is luxe, érg luxe en groot! Alleen jammer dat we er zo weinig gebruik van gaan maken. Dan nog even naar de bank om wat traveller checques in te wisselen die we al heel lang hebben liggen, zo lijkt het net alsof het ons nu niets kost, dat geld hebben we al eens uitgegeven. Bij de receptie van het hotel staan nu 3 meisjes en er wordt duidelijk geheimzinnig gedaan over het aanpakken van het geld. Maar we krijgen wel netjes een handgeschreven bon waar we om gevraagd hebben. We vermoeden zo dat die meiden een leuke bijverdienste hebben aan hun handeltje. Je moet toch wat..., er zijn vervelender manieren.
We zitten op een paar minuten lopen van het oude centrum en daar zoeken we een terrasje net buiten de poorten van het Romeinse palies van Diocletianus, een Romeinse keizer die vlakbij Split werd geboren. Josko komt na een tijdje ook opdagen en hij gaat ons rondleiden door de stad, hij heeft hier een tijdlang gewoond.
Eigenlijk is de oude binnenstad van Split het paleis, 30.000 vierkante meters groot. Het mausoleum, dat als graf voor Diocletianus was bedoeld, werd eeuwen later een kathedraal die werd genoemd naar Sint Domnius (eigenlijk alleen de klokkentoren), één van de slachtoffers van Diocletianus die de laatste keizer was die aan christenvervolgingen deed. Het paleis is ook nog enige tijd gebruikt als woonplaats voor verbannen Romeinse heersers, maar nu is het vooral een toeristische attractie ook al wonen er nog steeds 3000 mensen, vooral studenten, binnen de paleismuren.
In de loop van de eeuwen is er natuurlijk heel wat bijgebouwd in deze historische stad en we worden geconfronteerd met een mengelmoes aan bouwstijlen en geschiedenis. Maar nog steeds is de Romeinse oorsprong goed te merken, en bij de voormalige binnenhof staan zelfs nog Egyptische zuilen en een echte sfinx (15e eeuw v.C), geïmporteerde rijkdom in die tijd. Ooit zouden er zelfs 10 geweest zijn.
Het is mogelijk om de kathedraal te beklimmen maar tijdens onze wandeling heeft niemand het erover en ik ben allang blij. Mijn rug herinnert zich nog al te goed de beklimming van de Sagrada Famlia in Barcelona en daar heb ik weken lang last van gehad. Maar als de jongens omhoog willen moeten ze dat vooral niet laten!
In de smalle straten wemelt het van de toeristen, café's, restaurantjes en... schoenenwinkels. Ik ben nog steeds op zoek naar ouderwetse linnen gympies, maar de smalle winkeltjes die we binnengaan hebben niets te bieden of tegen belachelijk hoge prijzen. Josko toont ons ook de nog smallere steegjes waar studenten wonen en waar hij eens een klein kamertje had. Hier zie je ook veel minder toeristen en zien we wat meer van het dagelijkse leven. De gewelven onder het paleis zijn eeuwenlang als vuilnisstortplaats gebruikt maar nu kun je een klein gedeelte weer bezichtigen en worden er exposities gehouden.
We gaan ook nog even naar de tempel van Jupiter, een kleine ruimte die later als kapel werd gebruikt. Josko weigert de 5 kuna te betalen. Ik ben hier al zo vaak geweest, zegt hij en nu laat ik het mijn vrienden zien. Wees blij dat zij 10 kuna voor de entree betalen terwijl jij niets hoeft te doen dan geld vangen voor iets waar je zelf niets aan bijgedragen hebt. Zo vertaalt hij aan ons zijn woorden tegen de ticket-verkoper. En hij loopt zo met ons naar binnen. We geven hem volkomen gelijk.
Net buiten de noordelijke 'Gouden' poort, de oorspronkelijke toegang tot het paleis, staat een enorm beeld van Gregorius van Nin (Grgur Ninski), een 10e eeuwse bisschop die toen al pleitte voor het gebruik van de lokale talen in plaats van het Latijn. De maker van het beeld, Ivan Mestrovic, is één van de beroemdste beeldhouwers uit Kroatië hoewel hij het grootste deel ervan in het buitenland doorbracht door de vele politieke verwikkelingen in het land. Dit beeld dateert van 1929.
We lopen terug en gaan door de zuidelijke poort naar de brede boulevard waar we eindelijk onze voeten weer wat rust kunnen geven. Urenlang hebben we door deze boeiende stad gelopen en heel wat gezien, meer dan we hier zo kunnen vertellen. Als het begint te regenen zoeken we een leuke pizzeria op en we hebben nog heel wat af te praten met Josko die op zoek is naar een 'miracle' om zijn leven weer op orde te krijgen. Maar meer dan een luisterend oor kunnen we helaas niet voor hem zijn.
Als we uren later de pizzeria uitkomen stortregent het en Josko rent naar de bus (1 minuut) en wij naar ons luxe appartement, zo'n 10 minuten waarbij we nog bijna verkeerd lopen. We zijn door en door verkleumd en als we willen douchen heb ik nog geluk met wat warm water maar voor Teije is er niets meer. Het is een ingewikkeld jacuzzi apparaat waar we helemaal niets van snappen en er komt geen druppel warm water meer uit. Een geiser of iets dergelijks ouderwets kunnen we ook niet vinden dus kruipen we maar snel onder de warme dekens terwijl het buiten steeds harder gaat stormen. Al snel vallen we heerlijk in slaap, blij dat we niet ergens in een tentje staan!