Donderdag 19 december, Glengarriff - Mitchelstown (Beara schiereiland)
Bij het ontbijt lijken we de enige te zijn in het Eccles-hotel (één van de oudste in Ierland, lezen we). De zonnige dagen zijn echter voorbij wanneer we zo naar buiten kijken.
Vandaag willen we over het Beara-schiereiland rondrijden. Het is minder bekend dan Dingle en de Ring of Kerry, maar daardoor ook minder toeristisch en dat trekt ons wel. We volgen de Beara Way vanaf de zuidkant, een kronkelweggetje dat ons al snel omhoog voert, de Caha Mountains in.
Vandaag willen we over het Beara-schiereiland rondrijden. Het is minder bekend dan Dingle en de Ring of Kerry, maar daardoor ook minder toeristisch en dat trekt ons wel. We volgen de Beara Way vanaf de zuidkant, een kronkelweggetje dat ons al snel omhoog voert, de Caha Mountains in.
Het duurt niet lang voor we de eerste dolmen tegenkomen. Later op de dag zullen er nog meer volgen, wat wel een teken is dat dit 2000 v.Chr. al een geliefd gebied was om te wonen. We moeten er wel moeite voor doen want het monument staat tegen een berghelling, ruim een kilometer door een weiland lopen.
Vanaf Adrigole nemen we de haarspeldenweg naar de Healy Pass, een steile rit door kaal en verlaten gebied. Het is het meest onherbergzame stukje Ierland dat we tot nu toe gezien hebben en uiterst indrukwekkend.Boven op de ruim 300 meter hoge pas staat een harde wind die ons bijna van de weg blaast, maar het uitzicht is zeker de moeite waard.
We willen eerst de zuidroute over het eiland afmaken en rijden nogmaals de gevaarlijke weg naar Adrigole, nu naar beneden. Hier en daar passeren we kleine dorpjes. Bij Castletown steken we dan het eiland naar het noorden over.
Eyeries is een klein en kleurig dorpje waar we doorheen rijden. Die kleuren moeten haast wel bedoeld zijn om de somberheid van het weer wat op te heffen, maar we zijn eigenlijk vergeten het aan de Ieren zelf te vragen.
Een eind voorbij het dorp staat een Standing Stone, nog een bewijs van de vroege bewoning van het schiereiland. Diverse volkeren hebben hier geleefd vanaf circa 6000 v.Chr. waarvan de Kelten waarschijnlijk wel de bekendste zijn. Zij arriveerden rond 500 v.Chr. en brachten het IJzeren tijdperk naar Ierland. De dolmen zijn gemaakt door hun voorgangers, de bekercultuur die zich rond 2000 v.Chr. in Ierland settelde.
De Beara Way loopt soms over de 'normale' smalle wegen, maar vaak wordt het een uiterst smal en slecht begaanbaar paadje dat echter wel de moeite waard is door de wilde natuur. Wij vinden het in ieder geval prachtig.
Tussen Gortgariff en Ardgroom, op een noordelijke uitstulpsel van Beara, hebben we prachtige vergezichten over de baai die de Kenmare River wordt genoemd, hoewel het een brede baai is.
In een vrijwel verlaten dal, volledig beschut door hoge bergen, komen we deze steencirkel tegen. Wel, het dal is niet volledig verlaten, want naast de steencirkel staat een huis. De plek ligt een paar kilometer van de doorgaande weg en is alleen over een smal pad te bereiken.
Al met al zijn we heel wat uren onderweg door dit prachtige gebied voor we aankomen in Kenmare. In tegenstelling tot wat de reisgidsen ons vertellen, vinden we Baera toch het mooiste schiereiland, mooier nog dan Dingle en de Ring of Kerry. Waarschijnlijk door de onherbergzaamheid van de omgeving maar misschien dat de sombere lucht het imposante van het landschap nog versterkt. Op Dingle en de Ring of Kerry hadden we volop zonneschijn.Het is de ondertussen de hoogste tijd voor een lunch, maar soep wordt niet geserveerd. We maken een praatje met een Engelse immigrant die hier al jaren woont (en volgens hem wonen hier ook ongeveer 400 nederlandse gezinnen) en op zijn aanraden neem ik een pint bier als lunch, net als de Ieren zelf ook regelmatig doen.
Tegen 2 uur rijden we weer verder en met een beetje spijt, want we laten de westkust nu achter ons en het voelt even alsof we weer op weg zijn naar huis. En een klein beetje is dat natuurlijk ook zo, tenslotte willen we ons de laatste dagen niet hoeven te haasten om naar Belfast te gaan. En we willen meer dan alleen de westkust zien. In het binnenland overheerst een glooiend landschap en het is duidelijk gecultiveerder dan de schiereilanden. Toch komen we niet eens zoveel dorpjes tegen.
Tegen het einde van de middag arriveren we in Mitchelstown, al een heel eind het binnenland in. Ook hier weer veel kleurrijke huizen en er is zelfs nog een markt aan de gang. Nadat we een hotel hebben geregeld wandelen we wat door het plaatsje en bezoeken een paar pubs waar we hartelijk ontvangen worden.
Het is niet al te laat wanneer we naar bed gaan, want we zijn allebei best moe van alle indrukken die we weer hebben opgedaan. Jammer dat het hotelpersoneel de hele nacht door met deuren blijft slaan waardoor we regelmatig wakker schrikken. Maar ook dat hoort er bij, denken we maar..