Zondag 15 december, wandelen door Parijs, Montmartre
Na de vermoeiende dag van gisteren hebben we als roosjes geslapen maar we zijn op tijd weer wakker voor het ontbijt en het vervolg van onze verkenningstocht.
We willen minstens 1 van de beroemde begraafplaatsen van Parijs zien en hebben gekozen voor de Cimetière du Montparnasse, genoemd naar de wijk waarin dit monumentale park ligt en waar heel wat beroemdheden liggen begraven. Wij gaan specifiek op zoek naar het graf van Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir die we allebei bewonderen. Het is net een speurtocht waarbij we meer beroemdheden tegenkomen zoals Samuel Beckett en Guy de Maupassant. Na anderhalf uur zoeken gaat Lies even op een bankje zitten terwijl ik verder rondkijk. En wat blijkt, ze zit zowaar voor het graf.
Het is een eenvoudig graf maar in andere delen van de begraafplaats lijkt het wel alsof je door een monumententuin loopt, zo kunstig zijn sommige graven.
Daarna lopen we een stukje naar het zuiden naar de ingang van de beroemde Catacomben. De bodem van Parijs is dooraderd met minstens 290 kilometer aan tunnels, en in een deel ervan zijn honderden jaren lang de botten van overvolle begraafplaatsen gedumpt, van minimaal 6 miljoen Parijzenaars. Tegenwoordig is een stuk van 1,7 kilometer open gesteld voor het publiek maar als wij aankomen staat er een ellenlange rij. We gaan eerst maar op een terrasje op de hoek zitten voor een bak koffie en kijken hoe snel de rij voortschuifelt. Niet zo erg snel en na een half uur toekijken weten we dat de wachttijd minstens twee uur is. Hoe graag we de catacomben ook willen zien, dat hebben we er nu niet voor over. Het is een eenvoudig graf maar in andere delen van de begraafplaats lijkt het wel alsof je door een monumententuin loopt, zo kunstig zijn sommige graven.
Dus wandelen we terug naar het noorden, richting de Seine.
Het is een wandeling van ruim een half uur en ook nu komen we allerlei mooie gebouwen en kunstwerken tegen. Halverwege komen we langs Le jardin du Luxembourg, een gigantisch park met honderden standbeelden. Hoewel Parijs een erg drukke stad is zijn er talloze grote en kleine parken die oases van rust zijn en tegelijk de groene longen van de stad vormen. Echt een verademing wanneer je te lang langs de drukke verkeersaders hebt gelopen.
Het is een wandeling van ruim een half uur en ook nu komen we allerlei mooie gebouwen en kunstwerken tegen. Halverwege komen we langs Le jardin du Luxembourg, een gigantisch park met honderden standbeelden. Hoewel Parijs een erg drukke stad is zijn er talloze grote en kleine parken die oases van rust zijn en tegelijk de groene longen van de stad vormen. Echt een verademing wanneer je te lang langs de drukke verkeersaders hebt gelopen.
Vanaf de Pont Saint-Michel zien we de beroemde Notre-Dame de Paris liggen op het eilandje Ile de la Cité. Op dit eiland werd in de Middeleeuwen Parijs gesticht hoewel er daarvoor ook al veel nederzettingen waren geweest aan de oevers van de Seine. Maar pas in de 11e eeuw werd Parijs echt een stad van belang binnen Frankrijk en niet veel later de hoofdstad van het rijk.
In 1163 werd de eerste steen van de Notre-Dame geplaatst door een paus en de 2 eeuwen erna werd er met tussenpozen aan gewerkt. Het is prachtig voorbeeld van vroeggotische bouwkunst. Ik moet altijd weer denken aan het boek The Pillars of the Earth van Ken Follett, een prachtig verhaal over generaties van kathedraalbouwers. Dat speelt weliswaar in Engeland maar wel dezelfde periode dat ook de Notre-Dame werd gebouwd.
In 1163 werd de eerste steen van de Notre-Dame geplaatst door een paus en de 2 eeuwen erna werd er met tussenpozen aan gewerkt. Het is prachtig voorbeeld van vroeggotische bouwkunst. Ik moet altijd weer denken aan het boek The Pillars of the Earth van Ken Follett, een prachtig verhaal over generaties van kathedraalbouwers. Dat speelt weliswaar in Engeland maar wel dezelfde periode dat ook de Notre-Dame werd gebouwd.
En bij de Notre-Dame denkt iedereen aan de Klokkenluider van de Notre-Dame van Victor Hugo, nog zo'n fantastisch boek dat het leven in Middeleeuws Parijs zo prachtig vertelt. Ok, je moet wel even doorbijten bij de beschrijvende stukken over architectuur maar je zou die hoofdstukken zo als reisgids voor deze grote kathedraal kunnen gebruiken. En als we binnen zijn kan ik me zo allerlei taferelen uit het boek voor de geest halen die zich hier binnen afspeelden. Terwijl we rondkijken komt er een processie langs, dat zal hier waarschijnlijk iedere dag wel gebeuren maar het geeft de plek wel een authentieke sfeer, alsof het nog steeds iets meer is dan alleen een toeristische attractie en men gaat prat op een paar relikwieën zoals de doornenkroon van Jezus.
Achterin de kathedraal, die 130 meter lang is, zien we een mooi tableau van houten beelden. Mooi omdat het eenvoudig en verfijnd is en niet zo opzichtig verguld, wat ons altijd een beetje tegenstaat in (vooral) katholieke kerken. We snappen nog steeds niet waar al die pracht en praal voor nodig is, alsof een godheid dat nodig zou hebben.
Als de kerk de eerste 1500 jaar van zijn bestaan iets meer had geïnvesteerd in onderwijs en wat minder in het dom houden van de massa en het vergaren van macht en geld, wat had de wereld er dan nu anders uit gezien!
Als de kerk de eerste 1500 jaar van zijn bestaan iets meer had geïnvesteerd in onderwijs en wat minder in het dom houden van de massa en het vergaren van macht en geld, wat had de wereld er dan nu anders uit gezien!
Zo fraai als de binnenkant is, zo indrukwekkend zijn de details aan de buitenkant van het bouwwerk. Doordat er gedurende eeuwen aan gewerkt werd onder leiding van verschillende architecten zijn er diverse stijlen te ontdekken en werden nieuwe architectuurmodes in de kathedraal verwerkt. Je hebt eigenlijk een verrekijker nodig om alles goed te zien.
De foto links laat de ingang aan de westelijke zijde zien en rechts een detail aan de achterkant (oostzijde) van de kathedraal. Het nu ruim 850 jaar oude gebouw heeft heel wat meegemaakt zoals de beeldenstorm, de Franse Revolutie en twee wereldoorlogen maar is nog grotendeels zoals het oorspronkelijk gebouwd werd.
De foto links laat de ingang aan de westelijke zijde zien en rechts een detail aan de achterkant (oostzijde) van de kathedraal. Het nu ruim 850 jaar oude gebouw heeft heel wat meegemaakt zoals de beeldenstorm, de Franse Revolutie en twee wereldoorlogen maar is nog grotendeels zoals het oorspronkelijk gebouwd werd.
Als jongen was ik altijd gefascineerd door de waterspuwers of gargouilles zoals die beschreven werden in het boek van Victor Hugo. Eigenlijk zijn het de afvoerpijpjes van goten omovertollig water af te voeren. Het zijn vaak griezelige figuren, monsters of duivels uit steen die ervoor zorgen dat het water niet langs de muren stroomt. Later werden er vaak afvoerpijpen onder geplaatst maar doordat het kunstwerkjes zijn bleven de waterspuwers vaak op hun plaats. En ze zijn bijna allemaal verschillend, een kunstenaar kon hier echt zijn fantasie op de loop laten gaan en er zijn heel wat grappige waterspuwers te vinden. Volgens sommigen zouden de waterspuwers op kerken bedoeld zijn om het kwade af te weren en in dat geval is de Notre-Dame goed beschermd want er zitten zo'n 5.000 waterspuwers op de muren!
Achter de kathedraal ligt het plein Jean XXIII, een rustig parkje waar het in de zon lekker zitten is. Met zo'n 15 graden en zon hebben we wel heel veel geluk met het weer en dit is een heerlijk plekje om even uit te rusten want we hebben al heel wat gewandeld en ook in en rond de kathedraal waren we toch snel anderhalf uur zoet.
Bij een stalletje eten we een snelle hap en dan gaan we weer op pad.
Bij een stalletje eten we een snelle hap en dan gaan we weer op pad.
Eerst steken we een paar bruggen de Seine over. De oudste bestaande brug is de Pont Neuf (nieuwe brug) die uit 2 delen bestaat en de linkeroever van de Seine via het Ile de la Cité verbindt met de rechteroever. De brug is ruim 400 jaar oud en heeft 12 rondbogen. In een hoek zijn allemaal sloten opgehangen door stelletjes als symbool van hun verbondenheid. Het schijnt dat in 2017 al die sloten zijn verwijderd door de gemeente.
Er zijn diverse zithoekjes op de brug die een hoofdrol spelen in de prachtige dramafilm Les amants du Pont-Neuf hoewel de brug in de opnames een nagebouwd exemplaar is en niet de echte!
Er zijn diverse zithoekjes op de brug die een hoofdrol spelen in de prachtige dramafilm Les amants du Pont-Neuf hoewel de brug in de opnames een nagebouwd exemplaar is en niet de echte!
Dan pakken we de metro en gaan richting Montmartre, een 134 meter hoge heuvel en wijk in het 18e arrondissement van Parijs. De heuvel is van veraf al zichtbaar met de witte Sacr&eactute;-Coeur basiliek op de top en één van de meest toeristische plekken van de stad . Dat komt niet alleen vanweg het uitzicht maar ook omdat Montmartre zijn dorpssfeer behouden heeft. Gelukkig voor ons kun je ook met een kabelbaantje de heuvel omhoog. Naar beneden gaan we straks wel lopend.
Voor de Sacré-Coeur is het een drukte van belang en het wemelt van de straatartiesten die zo een zakcentje proberen te verdienen en uiteraard ook genoeg oplichters die je er zo uitpikt als je er even op let. Oorspronkelijk was hier een dorpje maar het werd in 1860 bij Parijs ingelijfd. De naam komt van een oude Romeinse tempel die gewijd was aan Mars maar een mooiere uitleg is dat de berg eerst mons du martyr (martelaarsberg) heette naar de 1e bisschop van Parijs, Dionysius, die hier onthoofd werd. Hij was echter niet tevreden met de plek, nam zijn hoofd onder zijn arm en wandelde enkele kilometers naar het noorden waar hij wel begraven wilde worden.
We bekijken de kerk kort van binnen. Ook hier is genoeg te zien maar we hebben de Notre-Dame al uitgebreid bezocht.
Rondom de Sacré-Coeur is een kerstmarkt en die is heel wat leuker en gezelliger dan de markt langs de Champs-Elysee maar dat komt vooral omdat Montmartre nog steeds een apart dorp lijkt te zijn met een heel eigen karakter.
Vanaf de heuvel hebben we een nevelig uitzicht over de stad en de Eiffeltoren.
Rondom de Sacré-Coeur is een kerstmarkt en die is heel wat leuker en gezelliger dan de markt langs de Champs-Elysee maar dat komt vooral omdat Montmartre nog steeds een apart dorp lijkt te zijn met een heel eigen karakter.
Vanaf de heuvel hebben we een nevelig uitzicht over de stad en de Eiffeltoren.
Montmartre is ook bekend als kunstenaarswijk. Vooral in de 19e eeuw trokken hier veel schrijvers en kunstenaars heen waaronder hele bekende zoals Van Gogh en Picassso. Er wonen nu nog steeds wel schilders maar dat zijn meer broodschilders die op de kunstmarkt in Montmartre hun werk proberen te verkopen. Met alle toeristen die hier komen zal dat vast wel uit kunnen en de schilderijen zien er prima uit (maar wij hebben dan ook geen verstand van kunst). Een hele prettige markt om overheen te lopen en af en toe een praatje met de verkopers/schilders te maken.
Vanaf het pleintje kunnen we hier en daar een blik werpen op de Sacré-Coeur en het gebouw staat ook op vele schilderijen. De basiliek is gebouwd van kalksteen (travertijn) dat bij regen een wit kalklaagje vormt waardoor de kerk er altijd stralend wit uit ziet ondanks al het vuil van de stad.
In deze wijk ligt ook het bekende Moulin Rouge, een cabaret met extravagante shows.
In deze wijk ligt ook het bekende Moulin Rouge, een cabaret met extravagante shows.
Waar we ook komen in de buurt, overal zijn grote massa's toeristen die de bekende plekken opzoeken zoals bijvoorbeeld het restaurant Le Consulat waar beroemde schrijvers, schilders en andere kunstenaars bij elkaar kwamen. Niet ver hier vandaan is het Musée de Montmartre waar we meer te weten komen over de geschiedenis van dit deel van de stad. Het zit in een huis waar vroeger de schilder Utrillo (had ik nog nooit van gehoord) woonde en vlak daarachter het voormalige huis van Renoir die we dan wel weer kennen.
Als we weer een stukje naar beneden lopen komen we heel wat souvenirswinkeltjes tegen: zoek maar uit welke kleur Eiffeltoren je mee naar huis wilt hebben. Maar net als op de Cjamps-Elysee zijn de souvenirs hier niet goedkoop.
Tussen de straatjes door hebben we af en toe een mooi zicht op de koepel van de Sacré Coeur.
Tussen de straatjes door hebben we af en toe een mooi zicht op de koepel van de Sacré Coeur.
In de ondergaande zon ligt de basiliek er prachtig bij. De bouw ervan begon in 1876 en duurde 38 jaar en vanaf het begin was het een belangrijk pelgrimsoord. De klok die erin hangt is één van de grootste ter wereld met een gewicht van 19 ton. Wij vonden dit uitje naar Montmartre zeker de moeite waard, vooral door de sfeer die er heerst en het gevoel dat je krijgt alsof je in een druk dorp rondloopt in plaats van een megapool.
Terwijl we afdalen stoppen we af en toe voor een foto van het uitzicht en we nestelen ons op een terrasje op de heuvel om weer bij te komen van de lange wandeling. We hebben blaren onder de voeten en we blijven zitten tot de zon ondergaat. Daarna gaan we naar het dichtsbijzijnde metrostation aan de voet van de heuvel en kiezen daarna nog wat willekeurige stations om uit te stappen en even bovengronds te kijken maar dat hebben we niet precies bijgehouden. Af en toe worden we wel vergast op een muzikaal orkest door artiesten die wat willen bijverdienen.
We vinden ergens een leuk restaurantje om wat te eten en tegen 9 uur zijn we weer terug in het hotel.Het was weer een intensieve dag maar we hebben gezien wat we wilden zien. Op de catacomben na dan, dat was wel jammer. Dus hebben we een goede reden om hier nog eens terug te komen.
In het hotel bedenken we dat we nog helemaal geen zin hebben om morgen naar huis te gaan en spontaan boeken we nog een nacht in een hotel in Brugge. Dan kunnen we morgenvroeg nog even door Parijs lopen en in de middag naar Brugge, ook een leuke stad.