Maandag 26 juni, naar de Cote d'Azur en Monaco
Omdat we er toch zo dicht bij zitten, maken we vandaag een ritje door de Côte d'Azur en Monaco (kunnen we dit jaar toch nog een nieuw land aan ons lijstje toevoegen!). We zijn verrast dat we nog zo lang in bergachtig gebied blijven rijden, we hadden niet het idee dat de uitlopers van de Alpen zo ver doorgingen. Maar eigenlijk wordt het pas vlak dichtbij de kust. En hoe dichter we de kust komen, des te drukker wordt het op de weg.
We gaan eerst naar Cannes, waar we bij de oude haven snel een parkeerplek vinden. Nou ja, snel, we rijden er zo op af, na eerst een half uur stapvoets door de voorsteden te hebben gereden. Westelijk van ons ligt de oude haven, volgepropt met dure jachten en zeilschepen en op de achtergrond zien we de Suquet heuvel waar het middeleeuwse Cannes ligt, een knusse wijk die heel anders is dan de rest van de mondaine stad, oostelijk van de haven.
Het is ideaal strandweer, eigenlijk te warm om wat te doen, maar wij wandelen een eind langs het strand. Het schijnt dat je als professionele strandligger wel het 'juiste' strand moet kiezen, anders tel je niet mee. Die beschrijving in een reisgids zegt ons al genoeg over de sfeer in de stad en wat we zoal om ons heen zien bevestigt dat wel, Cannes is een stad om je beter en mooier voor te doen dan je bent. Waarschijnlijk geldt dat alleen voor de bezoekers en niet zozeer voor de inwoners.Dit zandkasteel kan ons dan ook meer boeien dan de stad zelf.
Bij het gigantische Palais des Festivals kunnen we weer eens een foto van ons samen maken in het spiegelglas. Tijd om wat te gaan drinken, maar de ene gast is nog bekakter dan de andere en we zijn redelijk snel weer weg, we hebben het wel gezien. We vinden de Suquetwijk met zijn pleintjes en smalle straatjes duidelijk het leukste gedeelte van Cannes..
We nemen de N7 die langs de kust naar Nice leidt, een megastad die we verder links laten liggen. Nice is een grote stad waar veel te zien is, maar niet vandaag. We rijden verder langs de mooie kustroute met hier rechts uitzicht op Cap Ferrat, een schiereiland dat niet volgebouwd is met betonnen toeristenhotels.
In de verte zien we nu Monaco al liggen en ook hier lopen de bergen tot aan de kust. En was het al druk rond Cannes, hier is het nog veel erger en we schieten niet erg op. Er is veel verkeer, er zijn redelijk veel stoplichten en we moeten goed opletten. Ondanks de schoonheid van de natuur hoeven we hier niet nog een keer heen, en we rijden zo snel we kunnen naar Monaco.
We komen geen grensbordje tegen, of zien dat in de drukte over het hoofd, maar ineens zijn we in het prinsdom Monaco en rijden we zo een parkeergarage aan de kust binnen in het stadsdeel Monaco-Ville. Na het Vaticaan is Monaco het kleinste onafhankelijke land ter wereld met een oppervlakte van 2 km². Begonnen als een kleine Genuaanse kolonie wordt het sinds 1297 geregeerd door de familie Grimaldi. Sinds 1861 is Monaco onafhankelijk en sinds 1993 is het volledig lid van de Verenigde Naties.
Tot halverwege de 19e eeuw was Monaco een straatarm landje, tot de toenmalige vorst Charles III een gokkersparadijs opbouwde. Nu is Monaco een rijke en erg dure staat. Een klein studiootje met 28m² kost al gauw € 350.000! En als we zo op de haven uitkijken zijn we benieuwd voor hoeveel kapitaal daar ligt.
Het Grimaldi Forum dat we in de verte zien liggen is een megacentrum met 70.000m² ruimte voor tentoonstellingen, congressen en andere culturele zaken. De rest van de stad bestaat vooral uit casino's en hotels en ook nog wat winkels. De meeste mensen die hier wonen (32.000 waarvan maar 5.000 inheemse Monagasken) wonen wat meer tegen de bergwand op. De hele stad ademt een sfeer van rijkdom en macht uit en je ziet meteen het verschil tussen de arme, nieuwsgierige toerist en diegenen die hier thuis horen.
In de brandende zon klimmen we naar Fort Antoine, een rustig plekje in deze hectische stad. We hebben een mooi uitzicht over de zee en de stad, maar het is bijna niet uit te houden in de zon, zo heet is het. We besluiten terug te gaan naar de auto en gewoon een rondritje te maken door de verschillende wijken, wij schamen ons niet voor onze auto tussen al die bentleys en porsches! Natuurlijk nemen we ook een stukje van het Formule I circuit mee, maar dan iets minder hard.
Al rijdend krijgen we een aardige indruk van de rijkdom in dit land. En toch worden er geen inkomstenbelastingen geheven, ideaal dus als je wel veel inkomen hebt. Het geld komt voornamelijk van de kansspelbelasting in de casino's en dit is een gokkersparadijs, dus er zal heel wat vergokt worden. Ongetwijfeld zullen hier ook mensen hun hele hebben en houden kwijt gespeeld hebben, maar daar hoor je eigenlijk nooit iets over.
Na 2 uur laten we de pracht en praal van Monaco achter ons. Het is leuk om een keer te zien, maar iets te druk naar onze smaak. En rijk worden doen we een andere keer wel.We rijden richting Peillon als onze tomtom aangeeft dat we op een bepaald moment rechtsaf moeten zitten we ineens op een 30% steil weggetje omhoog, eenbaans lijkt het, maar al snel komen we tegenliggers tegen. De klim duurt zeker een halve kilometer en we komen bijna stapvoets bovenaan. Maar goed dat onze remmen het goed doen, de motor is wel bijna aan de kook.
Door diepe valleien en over steile wegen rijden we naar Peillon dat gedrongen bovenop een berg ligt. Omdat de motor toch wel gauw te heet wordt rijden we het laatste steile gedeelte van de toegangsweg maar niet en nemen genoegen met het uitzicht op het versterkte dorp. Het dorp zelf is trouwens autovrij, er is een parkeerplaats buiten de ommuring. Sinds de middeleeuwen is er maar weinig veranderd hoewel steeds meer huizen in het bezit komen van buitenstaanders die naast hun huisje aan de Cote d'Azur ook een rustig plekje willen hebben.
We nemen de N202 terug naar Barrême, een lange maar mooie route die ons door talloze kleine gehuchtjes voert, soms tegen een bergwand aangebouwd, soms in het dal. Dit is ook de route van het pijnappeltreintje, de Train de Pigne. Regelmatig kruisen we het spoor en waarschijnlijk komen we niet veel sneller vooruit dan de trein die de 150 kilometer naar Digne in iets meer dan 3 uur aflegt.
Onderweg stoppen we nog bij de citadel van Entrevaux , een versterkte stad die onlangs helemaal gerestaureerd is. Een ophaalbrug leidt over de rivier de Var de burcht in, er tegenover ligt het moderne dorp met een gezellig plein en leuke terrasjes. Het is al erg laat in de middag dus we besteden er niet zoveel tijd aan als we zouden willen. Maar tja, we willen ook weer zoveel op 1 dag zien en doen!
We begrijpen heel goed dat deze route per trein ontzettend mooi moet zijn, en in ieder geval ontspannender dan in de auto want de weg draait en keert en, vooral in het begin, is er nog veel verkeer. Op het laatste gedeelte zien we niet al te ver van Barrême een meer dat er aantrekkelijk uit ziet. Misschien iets voor morgen, onze laatste rustdag.We hebben er weer een hele lange dag van gemaakt met eigenlijk wat te veel op het programma. Maar we willen nu eenmaal zo veel mogelijk zien van het gebied. We zijn blij als we op de camping zijn en warm eten en een koud drankje kunnen bestellen. Even flink uitpuffen!