Vrijdag 23 juni, via de Gorges de l'Ardeche naar de Alpen
Vandaag verlaten we de Middellandse Zeekust en gaan een stukje naar het noorden. Het heeft wel wat geregend vannacht, maar de tent is alweer droog als we wakker worden. De afgelopen dagen hadden we gepland als ultiem rustpunt in de vakantie, even een paar dagen helemaal niets en gewoon lui aan het strand liggen, maar door het (relatief) slechte weer is daar weinig van gekomen. We hebben meer regen en vooral bewolking gehad dan in de dagen ervoor (en dan in het vervolg van de vakantie). Ook als we wegrijden is het zwaar bewolkt, maar als we iets verder van de kust wegrijden breekt al snel de zon weer door. Desondanks hebben we ons weer prima vermaakt en meer gezien dan we van plan waren in deze streek.

Om even op te schieten nemen we eerst de snelweg naar het noorden, tot voorbij Nîmes en rijden naar het centrum van Remoulins waar we een bak koffie drinken op een terras. We zijn hier vlakbij de Pont du Gard, het grootste aquaduct uit de Romeinse tijd en als we weer wegrijden zien we een erf met wat oude zuilen, maar we hebben geen idee of die origineel Romeins zijn. Het is zeer waarschijnlijk dat deze ooit deel uitmaakten van het ooit 50 kilometer lange aquaduct en zelfs nog op de oorspronkelijke plaats staan.

We gaan zowel naar de rechter- als de linkeroever van de rivier omdat we een foto willen maken van de brug van het aquaduct over de rivier Gardon. Maar vandaag hebben we geen zin in een uitgebreid bezoek en de € 5 parkeerkosten voor een kwartiertje vinden we wat te veel. Voor dat bedrag kun je trouwens de hele dag parkeren, dus op zich nog niet zo duur, maar het is geen plek om even snel een foto te maken en weer weg te rijden. Gratis parkeerplaatsen in de buurt zijn er niet en we hebben geen plek kunnen ontdekken waar we de brug ergens vanaf de weg konden zien.We bewaren dit wel voor een andere keer als we meer tijd hebben. Toch hiernaast een foto die we met bronvermelding mogen gebruiken; hij komt van www.cambridge2000.com.

Het vlakke land begint alweer te glooien als we naar het noorden rijden en we komen langs leuke plaatsjes, zoals het middeleeuwse dorpje Valliguières links en het kasteel bij Aiguèze, aan het begin van de Gorges de l'Ardeche. Het is eigenlijk jammer dat we niet meer tijd hebben om ook dit gebied beter te verkennen want er zijn hier hele mooie plekjes, maar we willen nog meer zien, gewoon te veel voor 1 dag.

Speciaal voor dit rivierravijn, de Gorges de l'Ardeche rijden we vandaag een heel stuk om, want volgens de beschrijvingen moet het erg mooi zijn. We komen vanuit het zuiden en volgen vanaf Aiguèze de D290. En dit dal is zeker indrukwekkend, heel breed terwijl de smalle rivier zich kronkelend een weg baant over de bodem in de diepte. Eigenlijk onvoorstelbaar dat zo'n relatief kleine rivier zo'n grote kloof heeft weten uit te slijten.

Dat dit een geliefd toeristisch gebeid is merken we wel aan de stroom auto's. Er zijn veel parkeeplaatsen bij uitzichtspunten en het grootste deel heeft een Nederlands kenteken. Zijwegen van de weg leiden naar diverse grotten die bezocht kunnen worden, waarvan de Grotte de la Madeleine heel bijzonder moet zijn. Wij hebben nog een lange weg voor de boeg dus bezoeken we vandaag geen grot, maar we noteren even dat we hier nog eens terug moeten komen.

Ons einddoel in deze kloof is de Pont d'Arc, een natuurlijke boog van 34 meter hoog die de rivier overbrugt. Waarschijnlijk is het een overblijfsel van een ondergrondse rivier die hier eens stroomde. Een idyllisch plekje met zelfs een strandje erbij en het is verbazingwekkend dat het niet drukker is. Zo'n plekje in je eigen achtertuin, dat lijkt ons wel wat!
Het is jammer dat we niet meer tijd hebben, dit gebied willen we zeker nog eens uitgebreider bezoeken en met een beetje weemoed rijden we naar het oosten, eerst over een plateau om vervolgens af te dalen naar vlakkere grond. Maar na een tijdje zien we in de verte de uitlopers van de Alpen alweer liggen.

We komen de eerste paarsblauwe lavendelvelden die in deze streken zoveel voorkomen. De planten bloeien van half juni tot half augustus en ruiken aangenaam. Er zijn heel wat mensen die even stoppen langs de uitgestrekte velden om wat plantjes mee te nemen, daar zal de kweker niet blij mee zijn. Uit de bloemen wordt olie gewonnen die wordt gebruikt in zeepjes en parfums. Er zijn lavendelroutes, lavendelmusea en zelfs lavendelfeesten.

Door de Provence rijden we naar de Mont Ventoux in de streek Vaucluse. Er zijn weer hele leuke en lieflijke dorpjes waar we doorheen komen en we rijden ten noorden van de Mont Ventoux, bij wielerliefhebbers welbekend, verder naar het oosten zodat we een prachtig uit zicht op de kale berg hebben. Onze conditie is vast niet goed genoeg om daar met de fiets overheen te komen!

Langzamerhand komen we nu in de provincie Alpes de Haute met glooiende wegen en mooie bergdorpjes. De route die we nemen is niet de snelste maar wel de moeite waard en ook vrij rustig, we komen eigenlijk nauwelijks andere toeristen tegen. We zitten weliswaar in de Franse Alpen maar dit gebied, ten zuiden van Gap, hoort officieel bij de Provence.
Vlak voor 7 uur gaan we maar weer op zoek naar een camping omdat we hebben gemerkt dat die vaak om 7 uur de receptie sluiten. We wilden naar Castelane om een camping bij de rivier te zoeken, maar de mooie weg vanaf Digne-les-Bains naar het zuiden kost ons veel meer tijd dan verwacht en we stoppen halverwege in Barrême bij camping Napoleon. We worden super vriendelijk ontvangen door de eigenaren in het Frans, Engels en Duits en we zoeken eerst een plaatsje uit op de rustige camping en gaan dan eerst wat drinken bij de receptie/bar/restaurant. Het is weer heerlijk warm en de zon gaat nog lang niet onder dus we maken eerst uitgebreid een praatje voor we de tent opzetten. Eindelijk weer een avond zonder bewolking en we kunnen nog lang buiten zitten. Het is een bijzonder lange maar mooie dag geweest!
